Bloed, Zweet en Oerkreten Columns by Redactie MommyOnline - Met voorgaande bedoel ik natuurlijk een bevalling. Tranen? Nee, die heb ik niet gelaten. Lekker kil, denk ik nu achteraf. Maar het is mijn goed recht. Het enige wat mijn hart nog verlangde de laatste 2 maanden is dat ik verlost werd van die rotbuik. En toen het eindelijk zo ver was, toen ik het mocht doen, toen raakte ik in paniek. Want ook al had ik het al 3 x eerder gedaan, dat “bepaalde” moment, is een van de puurste momenten die je, wat mij betreft, mee mag maken in je leven. Zo puur, dat ik het voor heel even weer zo als “de eerste keer” mocht ervaren. Niet alleen voor mijzelf, want vergeet vooral onze wederhelften niet. Zij staan altijd op de achtergrond. Zij worden vaak (on)schuldig verklaart aan de pijn die wij mogen ervaren, verrot gescholden en weet ik veel allemaal. Maar weer heb ik zelf ervaren, een bevalling: Het is voor de mannen net zo onbegrijpelijk ding als voor de vrouw. Waarschijnlijk nog verwarrender, want als er iets onbehulpzaam zou moeten voelen is het vast wel het assisteren van een bevalling. Wij (vrouwen) moeten het doen. De rest is een ondersteunende factor, die het ervaart als een onmogelijk iets. Want wat kunnen zij betekenen. Niets. Ons handje vast houden. Vaak niet beseffend dat ze met dat simpele dingetje, juist alles voor ons kunnen betekenen.. Mijn Robert-lief wist niet zo veel zinnigs te zeggen. Opmerkingen als: “Als Daan je zo ziet, vind ie je vast helemaal geweldig, je lijkt net een robot met al die draden en dopjes overal” Dat is wat ik Robert in een waas hoorde zeggen. Ook werden we, door hem, op het feit geconstateerd, dat er verderop in de gang een “eekhoorn” lag te bevallen. Die mevrouw maakte van die Skwiekgeluidjes als: IEUW IEUW! Dat soort dingen merk je waarschijnlijk pas op als je niet zo goed meer weet wat je met de situatie aan moet. Ik moest een beetje gniffelen, vast ook omdat ik de woorden probeerde op te eten die ik vooral niet tegen hem wilde zeggen. Eigenlijk dacht ik: “……………” Haha! Misschien is het maar beter om niet te schrijven wat ik dacht. Wetende dat hij dit ook leest. (haai lieverd) Wat ik niet ga vertellen , over de bevalling, dat weet ik wel, wat ik wel ga vertellen, daar kom ik typende “weg” wel achter. Met een klap tegen mijn bovenbeen aan, probeerde de gynaecoloog me weer erbij te trekken. Mijn voetafdruk stond zowat in zijn gezicht en aardige dingen heb ik niet gezegd. Ook geen onaardige dingen trouwens. Die laatste dacht ik wel. Ik vond het zo’n raar idee dat ik het hoofd van een andere man tussen mijn benen zag. Het idee van alle apparatuur links er rechts wat er in en op mij gestoken werd, dat vond ik al helemaal niets. Ik keek met grote ogen in het rond en probeerde me vooral niet te focussen op het gebied wat op dat bepaalde moment geen eigendom of intiem plekje meer was. Wel weet ik zeker dat ik niet en waarschijnlijk nooit aan het idee kan wennen: 5 “vreemde” mensen die in en naar je doos aan het kijken en wroeten zijn. Het feit blijft: Tijdens een bevalling is het doosjes- gebied als Crime-Scene verklaart. Er staan nog net geen paaltjes met rood-wit-gestreept afzetlint langs je bikinilijn. “Je moet nu even goed luisteren Ilona, als je kindje in je hand wil hebben, moet je even doen wat ik zeg” Ik probeerde te doen wat hij zij, maar op dat moment voelde alles zo onnatuurlijk aan. Die lel, die klets. Die deed het hem, toen wist ik weer wat ik moest doen. Ik was zo verbaasd dat ik binnen no-time mijn zoon in mijn handen zou hebben. Zeg nou zelf, om 18:30 in het ziekenhuis aankomen, nog even relaxed zitten plassen en begroet worden door iedereen. Je met alle gemak op dat bed instaleren en luisteren naar wat er vermoedelijk gaat gebeuren. Als je dan rond 19:05 al mee mag persen. Tja, dat is natuurlijk niet iets wat je zomaar kan bedenken. Alsof ik nog kon denken. (Bedenk ik nu.. ha!) Toen mijn zoon op mijn buik geflikkerd werd (zo voelt dat bij een ruime 9 pond) Zag ik meteen dat hij net zo lelijk was, als de meeste baby’s ook zijn zo pas na de bevalling. Hij was, gelukkig, niet veel anders. Paars en verfrommeld. Als een papiertje wat in je zak van je nieuwe donkerblauwe spijkerbroek heeft gezeten na een wasbeurt. Maar goed.. Eerlijk is Eerlijk: Ik vond mezelf heel stom dat ik dat kon denken en herstelde meteen weer van gedachtes. Ik vond hem daarna meteen de mooiste baby van de wereld na de eerste lelijke blik. Wonderlijk blijf ik het ook vinden dat er meteen een soort van moederlijk oerinstinct aangeboord word. Toen de (ze-bedoeld-het-zo-goed) zuster hem uit mijn armen wilde nemen, om hem te controleren en aan te kleden, trok ik gelijk mijn bovenlip op en begon te grommen. Ik wilde meteen weer weg uit het ziekenhuis. Ik kleed hem zelf wel aan dacht ik. Koppel me maar los, ik ben klaar hier. Helaas moest ik een nachtje blijven. Alsof ik gestraft werd voor mijn boosaardige gedachtes. Maar slapen? Nee, ik heb de hele nacht ademloos en zwaar verliefd naar onze 4e zoon liggen staren. Iedereen zegt dat het moment dat je kind op je buik gelegd word, dat het 1 van de mooiste en bijzonderste momenten moet zijn van je leven. Maar nee, ik ben er voor de 4e keer van overtuigd, dat de eerste nacht met je kindje samen, het meest bijzonder is. Ik kon niet stoppen om te denken: Wat ben ik ontzettend trots op mijn “lelijke” frummel. Share on Facebook Share Share on TwitterTweet Share on Pinterest Share Share on LinkedIn Share Share on Digg Share