Lieverd, ga jij je nu maar even aankleden. Ja, ik begrijp dat je nog wilt verder spelen. Maar we moeten zo vertrekken, we gaan naar ‘X’. Goed, nog vijf minuutjes dan, maar dan moet je je écht gaan aankleden. Nee, je kunt niet je Playmobil meenemen, dat raak je snel kwijt met al die kleine frutsels en ik ben niet Miss Draagzak. Neem anders je pop mee, daar speel je toch ook graag mee? Goed dan, maar als je er iets van kwijt raakt is het ‘eigen schuld, dikke..?’ Juist. Goed, je mag vandaag zelf uitkiezen wat je gaat aantrekken, maar niet je verftrui. Even een tasje pakken. Nou ja, een citybag is een beter idee. Sleutels. Portemonnee. Mobiele telefoon. Luiers. Bakjes Nutrilon. Hoeveel zal ik meenemen? Effe rekenen. Hij moet zeker nog vier flessen vandaag. Dat is 4 maal 6 schepjes. En natuurlijk ook fruithapjes voor tussendoor. Eh…twee extra rompers, voor het geval dat. Inlegkruisjes tegen lektieten. Schone onderbroek. Twee broeken, voor het geval dat. Billendoekjes. Snoetenpoetsers. Slabbetjes. Flesjes. Fopspenen. Waar is zijn speen? Hij ligt altijd in het kastje, nu ligt ie er niet. Lieffie, wil jij even helpen zoeken? Ja, ik weet dat je bezig bent. Ik niet natuurlijk. Goed, ik zoek wel weer. Ah, gevonden. Onder de bank. Even afspoelen.

Goed, we gaan verder. Knuffeltje. Knisperboekje. Spuugdoekjes. Bijtringetje. Wipstoel. Maxi Cosi en…was dat alles? Ja hoor schat, er is nog plenty ruimte voor je sigaretten. En jouw portemonnee kan er ook nog best bij. Ja, je sleutelbos ook. Ben je al aangekleed? Wat goed dat je dat zelf heb gedaan! Je ziet er beeldig uit in die roze trui en je rode broek. Eet je boterham maar even, als ie op is, dan kunnen we gaan. Probeer het toch maar even op te eten, anders heb je straks honger. Moet je nog plassen? Weet je het zeker? Onderweg kun je niet naar de wc, hoor. Goed, trek dan maar alvast je jas aan, dan kunnen we gaan. Ja, ik help je wel even met de knoopjes. Schat, ruik jij ook poep? Ja, ja. Nou, ik wel. Nee hoor mopje, geeft niets dat je net je juiste kleren aan hebt, een ongelukje kan gebeuren ($#^&*&^(&%#@!). Poeh zeg, dat is een volle luier. Lieffie, kun jij even dat pak billendoekjes uit de tas halen? Ja, het zit er wél in, het moet onderin liggen. Ergens. Dank je. Zo, jij bent weer schoon. Even mijn handen wassen, en schone kleding pakken. Alweer. Je ziet er weer uit om door een ringetje te halen. Kom, schoenen aan, jas aan en ‘klaar is Kees’. Waar is nou je andere schoen? Schoenen horen in de gang. Ik ga wel weer even zoeken. Ah, daar is ie. Onder de andere bank.

Zo, we kunnen gaan. Nee, je mag twéé autootjes meenemen. Nee, we nemen niet je poppenwagen mee, ik ben niet Miss Pakezel. Die riem zit niet goed. Niet het knopje van de gordel indrukken hè? Heb je honger? Ja, dat gebeurt er als je je boterham niet opeet. Nee, je krijgt nu geen ijsje, papa moet alleen maar even tanken. Ja, ik weet dat je normaal gesproken mee naar binnen mag, maar we zijn al heel laat. Oh, je moet plassen? Maar net vroeg ik nog…Goed dan, even vragen. Ja, je kunt daar plassen, kom maar. Heb je dorst? Hè, heb ik nou net geen pakjes appelsap mee. Hoe kan ik dat nou vergeten. Ja, we zijn bijna bij ‘X’, daar krijg je wel iets te drinken. Nee, je krijgt nu ook geen snoepje. Zo, stap maar uit, we zijn er ‘al’. Nee, je poppenwagen kun je best zelf vasthouden. Hé hallo! Alles goed met jullie? Ja, met ons gaat alles goed. Nee hoor, we zijn de afspraak niet vergeten. Een ongeluk? Nee joh, ben je mal. Waarom we dan zo laat zijn? Ach ja, wat kan ik zeggen.