Je bent hier
Home > Gezin & Opvoeden > Ouderschap > Haar Verhaal > Terug naar het verleden:Een kinderwens deel 3

Terug naar het verleden:Een kinderwens deel 3

Voorgevoel

Op de uitgerekende datum, zondag 5 maart 2000. Ik had hoofdpijn en die wilde niet zakken. Dat kon een indicatie van zwangerschapsvergiftiging zijn. Dus de dienstdoende verloskundige gebeld, want op ’t spreekuur was ons verteld alert te zijn op hoofdpijn en tintelingen, in verband met de hoge bloeddruk en het vocht, dus er was even paniek. Maar ik moest eerst maar eens even ontspannen en een bad nemen, als het dan niet minder werd, dan nog maar een keer bellen. Ik zag geen sterretjes en inderdaad, even een warm bad (dat deed ik vaker en dat was altijd heerlijk) en de hoofdpijn nam af.

Wel heb ik toen tegen Ron gezegd dat ik er geen vertrouwen meer in had, dat ik het gevoel had zo meteen nog met lege handen te staan. Ron zei dat hij hier al een tijdje mee liep…. Dat was even schrikken. We hebben dat wel vaker, zo van die rare dingen samen, voorgevoelens, dus we besloten om dit aan de verloskundige kenbaar te maken. De hele zwangerschap had ik eigenlijk al zo’n gevoel, maar daar geef je niet aan toe! Ik heb het geschaard onder de normale angsten van een zwangere vrouw met mijn voorgeschiedenis. Een vriendin had dat gevoel trouwens ook al. In het begin van de zwangerschap kregen we van haar een kaartje. Hier stond op: “Als we nou met z’n allen het beste ervan hopen, dan zal het wel goed gaan”. Dit ben ik eigenlijk nooit meer vergeten….

Op 8 maart 2000, drie dagen over tijd, hebben we tegen de verloskundige onze ongerustheid geuit. De dienstdoende verloskundige schrok hier wel van. Zij nam onze angsten en gevoelens serieus en maakte voor de volgende dag een afspraak bij de dienstdoende gynaecoloog. Die had zoiets van: “Wat doe je hier eigenlijk? Er is niets aan de hand, ach, een beetje vocht en een hoge bloeddruk, da’s alles….o ja, en het is natuurlijk geen kleintje wat je moet verwachten….”. Hij heeft echter wel uit voorzorg bloed en urine laten testen en inderdaad, geen aanwijzingen om ongerust te zijn.

Hij heeft ook gelijk een afspraak gemaakt om een CTG te laten maken. Zondag 12 maart 2000 om 10.30 uur konden we ons op de verloskamers melden, konden we gelijk even rondkijken. Volgens het CTG was er een hele lichte weeënactiviteit. Inwendig onderzoek wees uit dat er nog geen ontsluiting was, maar wel een licht verzwakte baarmoedermond. Het zou allemaal nog wel even gaan duren. De hartslag van Yorrick was verder prima in orde. We hebben onze ongerustheid ook aan de op dat moment aanwezige arts-assistent kenbaar gemaakt. Hij wilde eerst nog een weekje wachten voordat hij zou ingrijpen, maar wij hadden het niet meer! We wilden niet meer langer wachten, de ongerustheid moest uit mijn systeem… en hij besloot dat we dinsdag 14 maart 2000 mochten bellen om een afspraak te maken voor een ingeleide bevalling. Gelukkig, opluchting alom, maar tegelijk een vreemd idee. Dat was al snel!

De bevalling

Dinsdagmorgen, 14 maart 2000. Om 7.00 uur mochten we bellen met de verloskamers om te horen of het druk was. En ja hoor, we mochten komen voor de inleiding. We werden om half 8 verwacht. We waren wel een beetje zenuwachtig, maar eenmaal in het ziekenhuis hebben we alles over ons heen laten komen. We hadden met de dienstdoende verloskundige afgesproken dat zij bij de geboorte aanwezig zou zijn. Misschien zou zij Yorrick wel mogen aanpakken. In het ziekenhuis was iedereen even aardig, we kregen de laatste verloskamer op de gang, hadden een vaste verpleegster en de arts-assistent van overdag kwam de eerste keer gel inbrengen. Ik had al een verzachte baarmoedermond, dus werd meteen de tweede gel ingebracht en we kregen te horen dat we nu niet meer naar huis zouden gaan zonder baby. We zouden dus echt over een tijdje papa en mama zijn.

De eerste keer gel inbrengen gaf wel iets van activiteit, maar niet voldoende. Onze verloskundige kwam nog even langs om te kijken hoe het ging. Het vorderde en ze zou ’s middags ook nog even langs komen. Er werd een tweede keer gel ingebracht om 12.30 uur. Ook nu moest ik een half uur aan het CTG blijven liggen. Na ongeveer een uur vond ik het wel genoeg geweest, ik wilde van bed af, moest naar de WC en wilde dus van het CTG af. Ron ging onze verpleegkundige raadplegen, die was lunchen en zou na de lunch direct naar ons toe komen. Zij vertelde op dat moment dat ik niet van het CTG afmocht. Het ging niet zo goed met Yorrick. Zijn hartslag daalde iedere keer als er een wee kwam.

Ze legde ons uit dat dit niet goed was en als dit zich niet zou herstellen, dat we dan aan een keizersnede moesten gaan denken. Het CTG bleef aan en de gynaecoloog keek in een andere ruimte op de monitor mee. Maar voor het zover was, moest ik eerst nog even andere houdingen proberen. Ik zat een beetje, dat vond ik prettig. Maar ik moest dus iets anders proberen. Het bed ging plat en ik draaide me automatisch op de linkerzijde. Zo lag ik thuis ook altijd in bed en Yorrick lag altijd met zijn rug aan mijn linkerzijde. En het CTG herstelde zich. Nu was het goed en het vermoeden bestond dat Yorrick in eerste instantie op een hoofdader lag en daardoor niet zo goed in staat was om de weeën op te vangen. Omdat het allemaal veel langer duurde dan dat wij verwacht hadden riep ik op een gegeven ogenblik: ‘Zou ik voor mijn 30ste nog mama worden?’ Waarop de verpleegkundige vroeg: ‘Wanneer ben je dan jarig?’ Ze moest lachen om mijn antwoord, 21 juli, en zei nog dat het wel een hele lange bevalling zou worden als ik dat niet zou halen.

Ik lag dus op mijn linkerzijde, de weeën kwamen als een storm, steeds heftiger en steeds sneller achter elkaar. Om de minuut weeën, rugweeën, niet in staat om een andere houding aan te nemen of om te ontspannen tussendoor. Dat was heel moeilijk. Het CTG bleef ter controle aanstaan. De verpleegkundige zat veel bij me en probeerde me op de juiste ademhaling te krijgen. Op een gegeven moment (rond half 6 ’s avonds) kwam een nieuw meisje zich even voorstellen, de arts-assistent van de avonddienst. Ik vertelde haar dat ik het niet meer uithield van de pijn en vroeg om pijnstilling. Ik was getoucheerd en had pas drie cm ontsluiting, helemaal niets dus eigenlijk en dat terwijl ik al de hele dag zo’n beetje bezig was. Maar zij wilde mij geen pijnstilling geven. Ten eerste omdat het nog wel even zou gaan duren en dan moesten ze de nacht door nog een keer pijnstilling geven…. Ten tweede omdat het niet zo goed gegaan was met Yorrick, hij was nu alert en door de pijnstilling kon dat afnemen. Zij stelde voor dat ik even in bad ging zitten om te ontspannen. Ik was helemaal verkrampt vanwege de houding waarin ik lag. Alle energie zat op dit moment in mijn rechterbeen en rechterarm. Die vingen de weeën op. ’s Middags was ik al even onder de douche geweest, maar dat was niet zo’n succes. Ik wilde wel even het bad proberen….

Dus wij op weg naar de badkamer, daar was al alles voor mij in gereedheid gebracht. Het duurde ongeveer acht weeën voordat ik daar was, en nog een paar voordat ik erin zat, maar het was de moeite waard. Mijn spieren konden zich eindelijk ontspannen…. Op een gegeven moment ben ik zelfs heel even tussendoor in slaap gevallen, voor mijn gevoel een eeuwigheid, maar volgens Ron slechts vijf minuten. Toen ik daaruit wakker werd had ik ineens heel veel pijn, persdrang….. Ik had het niet meer en Ron heeft direct aan de bel getrokken (letterlijk). Ineens stond de badkamer vol met mensen, de arts-assistent toucheerde, vier cm en ik weet alleen nog goed dat ze zei: “Niet hier in bad…. niet hier in bad…” Ik werd uit het bad getild en op een bed gelegd. Het leek even op totale paniek… snel terug naar onze verloskamer en daar werd de gynaecoloog erbij gehaald.

Hij toucheerde en stelde vijf cm ontsluiting vast… en als ik zo’n persdrang had, dan braken ze de vliezen en mocht ik gaan persen. De ontsluiting zou dan nog wel eens heel hard kunnen gaan. Ondertussen was het half 8….. Nadat de vliezen gebroken waren (het vruchtwater was meconiumhoudend, maar daar werd geen aandacht aan besteed, het CTG was immers nog steeds ok) werd een elektrode op het hoofdje van Yorrick geplaatst om op die manier de hartslag te volgen. De gynaecoloog brak het kabeltje bij het eerst volgende onderzoek, dus hup, weer terug naar het CTG apparaat en tussen de weeën door werd met behulp van de sensor gekeken en geluisterd naar de hartslag van Yorrick. Het geluid van de hartslag was voor mij iedere keer opnieuw een enorme stimulans om door te zetten.

Inmiddels mocht ik dus actief persen, de drang was ook al te groot om dit nog langer tegen te houden. De ene perswee volgde de andere op. De arts-assistent vond dat ik op mijn rug moest liggen en bij de persweeën mijn benen en hoofd omhoog moest tillen. Dit was verschrikkelijk inspannend en na ruim 20 minuten niet langer vol te houden. Toen werd besloten dat ik wellicht op mijn zij kon gaan liggen. Dit was een idee van de dienstdoende verpleegkundige van die avond. De verpleegkundige van die middag had haar dienst overgedragen en afscheid van ons genomen. Ze zou het morgen wel allemaal horen, zei ze.

De zijligging voelde een stuk prettiger. Yorrick was meteen een stuk rustiger en het persen verliep makkelijker. Toch schoot het niet op. Rond 20.15 werd, mede op aandringen van de gynaecoloog, besloten om over te gaan op een vacuümverlossing. Tijdens het opzetten van de zuignap zou ik mijn krachten even sparen en alleen op het hoogtepunt van een wee meepersen. Dit duurde ongeveer tien minuten.

Toen het eenmaal zover was, werd mij verteld dat ik bij de volgende wee weer mee moest doen. Bij de eerstvolgende wee werd Yorrick naar beneden getrokken. Bij de tweede wee werd het hoofd tot staan gebracht. Op dat moment (alsof het zo moest zijn) bleef de volgende wee langer uit. De CTG geeft nog een hartslag van rond de 160 aan. Naast mijn bed staan Ron en de verpleegkundige grapjes te maken over de kleur van de muisjes die we thuis in de kast hebben staan. Onze muisjes waren blauw en de verpleegkundige grapte: “Als het nu toch een meid wordt?” De sfeer was dus totaal ontspannen, de gynaecoloog stond erbij zonder handschoenen aan en keek toe hoe de bevalling verliep. Bij de derde en laatste wee ging alles opeens heel snel. Het hoofd werd geboren, ineens was de gynaecoloog met de bevalling bezig, hij gaf de verpleegkundige opdrachten en riep iets over ‘symfyse’ of iets dergelijks. De verpleegkundige ‘sprong’ op mijn buik om Yorrick naar buiten te helpen. Terwijl de wee al weg was heb ik toch nog door geperst en toen was Yorrick geboren.

Hij werd op mijn buik gelegd en de gynaecoloog snauwde tegen de arts-assistent: ‘Knippen!’, nam Yorrick op en liep weg met de mededeling: ‘Even uitzuigen’. Voordat ik de kans had gehad om hem vast te houden of zelfs maar aan te raken. Ik was blij dat hij geboren was! Ron dacht bij zichzelf: ‘Ik heb niet eens de kans gehad om nee te zeggen tegen het knippen van de navelstreng.’

2 thoughts on “Terug naar het verleden:Een kinderwens deel 3

  1. Jeetje meid.. ik zit nu even je verhaal (en de vorige 2) te lezen omdat ik die gemist had vanwege vakantie…
    Maar ik weet precies hoe je weeen voelden… Ik heb ook 2x gel gehad en moest ook verplicht op m’n linkerzij blijven liggen met de CTG om m’n buik… Heel heftig! Had het idee dat bij mij de weeen op een gegeven moment niet helemaal meer weg gingen.. ze bleven ergens halverwege steken en dan kwam de nieuwe weer in volle vaart aanzetten… Douchen of in bad mocht ik niet… alleen maar liggen!

    Ik ga snel het volgende deel lezen!

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Top